De witbuikegel hoort weliswaar bij de insecteneters, maar is een omnivoor. Hij eet vooral dierlijke voeding waaronder veel insecten maar ook slakken, wormen en kleine gewervelde dieren. Daarnaast eet hij ook wat vruchten, plantendelen en paddenstoelen. Hij heeft een apart gebit waarvan de middelste twee snijtanden in de bovenkaak ver uit elkaar staan en de middelste twee snijtanden van de onderkaak daar tussenin staan. Waarschijnlijk kan hij met deze tang-achtige constructie goed insecten vastpakken.
Voor de witbuikegel in gevangenschap bestaat nog geen speciaal uitgebalanceerd voer en het is niet precies bekend wat daarin zou moeten zitten. Er is wel egelvoer te koop, maar dit is gemaakt voor de in het wild levende Europese egel en heeft mogelijk niet de juiste samenstelling voor de witbuikegel. Er zitten vaak veel vetten en granen en ook suiker in. Daarom kan als alternatief gebruik gemaakt worden van droge kattenbrokjes (niet op visbasis) en/of een klein formaat hondenbrokjes, beide van goede kwaliteit. Deze brokjes dienen als basis van een gevarieerd dieet: een richtlijn is om circa 50% van het totale dieet uit deze brokjes te laten bestaan. Maak het aandeel brokjes in het dieet niet te groot want er zijn aanwijzingen dat een overmaat aan kattenbrokjes tot blaasstenen kan leiden. De brokjes moeten liefst niet groter dan een erwt zijn, omdat de egel ze anders niet goed kan eten. Ook mogen ze niet al te hard zijn omdat de egel stompe tanden heeft en ze dan niet goed kan kauwen. Om te voorkomen dat de egel te dik wordt kan men voor light brokjes of brokjes voor minder actieve katten of honden kiezen. Als richtlijn voor de samenstelling van de brokjes kan men 22 tot 35% eiwitten, maximaal 15% vetten en minimaal 2% vezels op basis van droge stof aanhouden.
Een voordeel van droge brokjes is dat ze helpen om het gebit van de witbuikegel schoon te houden. Dit is belangrijk want witbuikegels hebben snel last van tandplak en tandsteen.
Vul het dieet van brokjes aan met wat insecten. Deze zorgen voor voldoende vezels (chitinevezels uit de harde delen van de insecten), voor de variatie en bovendien helpen ze om het gebit te verzorgen. Gebruik bij voorkeur insecten die gekweekt zijn om te voeren, geen insecten die zelf gevangen zijn omdat die insecticiden of parasieten kunnen bevatten.
Mogelijke insecten die gegeven kunnen worden zijn waswormen, moriowormen, meelwormen, krekels en kleine sprinkhanen. Geef van meelwormen, moriowormen en waswormen niet teveel want die zijn erg vet en dan wordt de egel snel te dik. Insecten kunnen levend gevoerd worden of men kan diepgevroren (natuurlijk eerst ontdooide) of gevriesdroogde insecten gebruiken. Zorg er bij levende insecten voor dat ze eerst goed gevoerd zijn zodat ze een hogere voedingswaarde hebben. Dit noemt men ‘gut-loading’.
Ook ander vers voer kan gegeven worden als aanvulling of extraatje, zoals een stukje hardgekookt ei, stukjes ongekruid gekookt vlees zoals kip of kalkoen, dode nestmuisjes (pinkies) en vochtige vleesvoeding voor de hond of kat.
Daarnaast kan men wat egelvoer geven. Als daar stukjes noten of pinda’s inzitten is het beter deze te verwijderen omdat ze erg energierijk zijn en de egel er snel dik van wordt.
Als plantaardige voeding kan een klein beetje fruit en wat groente worden gegeven. Niet elke egel zal alle soorten fruit en groente lekker vinden. Mogelijke soorten die gegeven kunnen worden zijn banaan, appel, aardbei, wortel, zoete aardappel, broccoli, pompoen en bladgroenten. Geef geen citrusvruchten, ananas, druiven en ui-achtigen zoals ui en prei. Geef fruit en groente in kleine stukjes.
Geef geen noten, gedroogd fruit, granen en pinda’s. Ze kunnen vast komen te zitten in de bek, de egel kan zich er in verslikken en bovendien kunnen pinda’s ook schimmels bevatten die giftige stoffen (aflatoxinen) afgeven die de lever aan kunnen tasten. Ook melkproducten zijn ongeschikt want egels kunnen lactose niet afbreken en krijgen dan diarree. Daarnaast dient ook suikerhoudend voedsel vermeden te worden omdat dat slecht is voor het gebit en het risico op vetzucht vergroot.
Geef het voer verdeeld over tenminste twee maaltijden, waarbij dan de grootste maaltijd aan het begin van de avond wordt gegeven en de rest vroeg in de ochtend. Haal voedselrestjes weg zodat ze niet bederven. Voer niet teveel: de witbuikegel is maar klein! Eén tot twee eetlepels brokjes per dag is voor de meeste egels voldoende, met daarbij ongeveer een theelepel groenvoer, een theelepel of enkele insecten en een theelepel overig vers voer. Weeg de egel wekelijks zodat u kunt zien of hij niet teveel of juist te weinig voer krijgt. Groeiende, verzwakte of drachtige dieren hebben wat meer voer nodig.

Maak jouw eigen website met JouwWeb